Preventie

Voor het voorkomen van en het adequaat omgaan met probleemgedrag is het noodzakelijk dat er goed gekeken wordt of het probleemgedrag te hanteren is door het wijkteam waar de zorg door geboden wordt. Mogelijkheden voor preventie van probleemgedrag zijn vooral gelegen in de omgeving van de cliënt. Typerend voor probleemgedrag is dat het ten alle tijden in een context plaatsvindt, waarbij de interactie tussen de cliënt en zijn omgeving tot problemen leidt.

Indien nodig kan er altijd contact gelegd worden met de huisarts of met andere disciplines om te bekijken naar andere behandel- of begeleidingsmogelijkheden, die ondersteunend kunnen zijn in het omgaan met het probleemgedrag of het mogelijk beïnvloeden van het gedrag.

Autonomie en welbevinden

Het wijkteam is betrokken bij de formulering van de visie op verantwoorde zorg, en bij de realisering van deze visie in de dagelijkse praktijk.

In het zorgplan zijn afspraken gericht op:

  • Aandacht gericht op de autonomie en de eigen identiteit van de cliënt, en de zorg die aansluit bij de belevingswereld van de cliënt.

  • Zoveel mogelijk rekening houden met de privacy.

  • Zorgprofessionals bewaken het zelfbeschikkingsrecht en de autonomie van de cliënt.

  • De communicatie met de cliënt dient zorgvuldig plaats te vinden.

Communicatie, informatie en samenhang in zorg

Het wijkteam stemt in het zorgplan af op:

  • Een open communicatie met de client.

  • Duidelijke en begrijpelijke informatie aan de cliënt.

  • De observatie en rapportage door de leden van het zorgteam.

  • Onderlinge communicatie in het multidisciplinaire team.

  • De overlegstructuren met de leden van het multidisciplinaire team

Daarnaast wordt bevorderd dat:

  • Duidelijkheid en afspraken zijn met huisarts en hulpverleners in de eerste lijn.

  • Duidelijkheid en afspraken betreffende verwijzingen naar verpleeghuizen, psychiatrische ziekenhuizen, de ambulante geestelijke gezondheidszorg in de regio en eventueel met de inspectie over het opnemen, doorverwijzen en overplaatsen van cliënten

  • De thuiszorgorganisatie een procedure heeft voor het gebruik van middelen of maatregelen.

  • Het opstellen van procedures ten behoeve van de veiligheid van cliënten, bijvoorbeeld ter bescherming tegen vallen, brand, een te hoge watertemperatuur en de inname van giftige producten.

Voldoende bekwaam personeel

De zorgorganisatie bewaakt dat de omvang en samenstelling van de formatie en de deskundigheid, attitude en motivatie van de medewerkers geschikt zijn voor de cliëntenpopulatie. Hij bevordert de deskundigheid ten aanzien van probleemgedrag van medewerkers die direct betrokken zijn bij de dagelijkse zorg en activiteiten. Hij zorgt ervoor dat daarbij de volgende aspecten aan de orde komen:

  • Benadering, bejegening en attitude.

  • Verbale en non-verbale communicatie.

  • Kennis van onderliggende ziektebeelden, bijvoorbeeld dementie, diabetes mellitus, en CVA.

  • Eigen rol in het ontstaan en voorkomen van storend gedrag.

  • Observatie en rapportage van gedrag in het algemeen en probleemgedrag in het bijzonder vroegtijdige herkenning van probleemgedrag.

  • Omgaan met probleemgedrag.

De thuiszorgorganisatie bevordert dat bij de medewerkers methodieken gehanteerd worden die probleemgedrag kunnen voorkomen dan wel bij probleemgedrag gehanteerd kunnen worden.

Ondersteuning medewerkers

Het is van belang dat medewerkers in een veilige omgeving werken en zich ondersteund voelen door hun organisatie.

    • De thuiszorgorganisatie biedt, zo mogelijk samen met de psycholoog, thuiszorg bijvoorbeeld door het organiseren van besprekingen van cliënten met probleemgedrag.

    • In de besprekingen met thuiszorg verdient, naast het gezamenlijk zoeken naar oplossingen, ook emotionele steun aandacht, waarbij de thuiszorg uiting kunnen geven aan gevoelens van onmacht en angst die door het probleemgedrag worden opgeroepen.

    • Daarbij zijn belangrijk een luisterend oor en het gevoel dat men serieus genomen wordt. Verder kan de behandelaar in deze besprekingen uitleg geven over ziektebeelden en oorzaken van probleemgedrag.

    • Het team kan begeleid worden in de omgang met cliënten die probleemgedrag vertonen. Daarbij kan ook de psycholoog een belangrijke rol spelen. Naar de mening van de werkgroep hebben beiden bij het omgaan met probleemgedrag een voorbeeldfunctie.